Basisreeks - Beeldend - PO groep 3

Circus
Les 1:
De leerlingen maken kennis met de lijntekeningen van Alexander Calder. Hierna gaan de leerlingen lijntekeningen maken met het thema circus. De leerlingen maken hierbij gebruik van dunne en dikke lijnen met (gekleurd) potlood, stift en verf. Dit doen de leerlingen om de beurt, bij voorkeur op een groot stuk behangrol, die op de grond is uitgerold.
Les 2:
De leerlingen gaan gezamenlijk een mobiel (een bewegend kunstwerk) maken van draadtekeningen. De leerlingen bekijken en bespreken een aantal werken van Alexander Calder en maken daarna een lijntekening van een circusfiguur. Hierna gaan de leerlingen dat figuur van ijzerdraad maken. De figuren worden met een gekleurd touw aan het plafond gehangen. Zo ontstaat er een mobiel van de draadtekeningen.
Les 3:
De leerlingen maken in groepjes van vier hun eigen bewegend minicircus. De leerlingen mogen zelf bedenken hoe het decor, tent en/of podium eruitziet, maar de circusfiguren en of dieren moeten gedeeltelijk bestaan uit lijnen.
Les 4:
De leerkracht start de les door een paar voorbeelden te bespreken het gemaakte werk om zo andere leerlingen te inspireren. Daarna gaan de leerlingen hun bewegend minicircus afmaken. Tegen het einde van de les krijgen de leerlingen de tijd om hun voorstelling te oefenen en ‘zachtjes’ geluid erbij te maken.
Les 5:
Vandaag geven de leerlingen een voorstelling met hun bewegend minicircus. Nadat de leerlingen nog even hebben geoefend gaat de voorstelling beginnen.